Actie voeren voor pensioen in 1919.
Vandaag worden er in het hele land acties gevoerd voor een goed pensioen. Die strijd is niet nieuw. Precies honderd jaar geleden, in maart 1919, verscheen de vierde druk van Sta op voor de grijsheid. 28 zangnummers op bekende wijzen, een liedbundeltje dat werd uitgegeven door de Bond voor Staatspensionneering. Het is een klein boekje, 32 bladzijden in een formaat van 10 x 16 centimeter. Voor een activistisch bundeltje is de vormgeving keurig verzorgd: goed papier, een sierrandje op de omslag en een afzonderlijke titelpagina. De eerste druk zag het licht in 1916, werd al na vijf weken gevolgd door de tweede en kort daarop door de derde. De Koninklijke Bibliotheek bezit de elfde druk, uit 1935. Er moest duidelijk veel gezongen worden voor er resultaat behaald werd! Pas in 1947 kreeg Nederland, dankzij Willem Drees, de Noodwet Ouderdomsvoorziening, de voorloper van de AOW.
Alle liedjes in Sta op voor de grijsheid gaan over de dringende behoefte aan een staatspensioen voor ouderen. Titels als ‘Niet oud en arm, maar oud en rijk!’ en ‘Het is hun Recht!’ zetten de toon. De teksten zijn geschreven op bestaande, zeer uiteenlopende melodieën. Verschillende daarvan kennen we nog steeds. Zo gaat het lied ‘Vooruitgang’ op de wijze van ‘Een karretje op de zandweg reed’. De tekst van ‘Onze vraag’ klonk zoals ‘De Zilvervloot’ (Heb je wel gehoord van den machtigen Bond / Den Bond voor Staatspensionneering?’) En de melodie van ‘Stille nacht, heilige nacht’ werd gebruikt voor ‘Yet is it nacht’, een van de drie Friese liederen in de bundel.
De meeste tekstschrijvers worden bij name genoemd – wat vrij uitzonderlijk is voor liedboekjes. Het zijn geen grote bekenden, al hebben enkelen ook zelfstandige publicaties op hun naam staan. Het eerste lied is van de hand van ‘Perio’. Achter die naam gaat Gerardus Lambertus Janssen schuil, de man die in 1900 de Bond voor Staatspensionneering oprichtte. Andere traceerbare namen zijn onder meer Ida Boers-Bloem, schrijfster van kluchten en komische schetsen, en de Friese Ibeltsje Kaastra-Bakker, die onder meer toneelstukken als Ald en earm (Oud en arm) en ’t Genaedebrea (Het genadebrood) geschreven heeft. Maar één naam is wel echt bekend: die van de dichter-zanger J.H. Speenhoff. Van hem is de heerlijke en zeer toepasselijke smartlap ‘Opoe’ opgenomen. Het korte voorwoord van Sta op voor de grijsheid is ondertekend met vK. Die letters staan voor Dirk Andries van Krevelen, de voorzitter van de Bond.
Zoals zo veel liedboekjes biedt ook dit bundeltje een fraai tijdsbeeld. Termen als pensioengerechtigden, gepensioneerden (laat staan pensionado’s), bejaarden, 65-plussers of senioren waren nog niet in zwang. De meest gebruikte benaming is ‘oudjes’, naast ‘ouden van dagen’ en ‘oude menschen’. Een goede indruk van de aard van de teksten geeft het eerste couplet van ‘Leve Staatspensioen!’, dat gezongen werd op de melodie van ‘De Loreley’:
Men ziet in ons land oude menschen,
Gebogen en kreupel en stijf;
Zij hebben, om werk te verrichten,
Geen krachtige armen aan ’t lijf.
En vragen wij nu aan die oudjes:
“Is voor U geheel niets te doen?”
Zij antwoorden allen te zamen:
“Wel ja, man – het Staatspensioen!”
Jan Bos, 18 maart 2019
*** Ik schrijf af en toe een blog over liedboekjes uit mijn verzameling. ***
Dag Jan. Ik kwam vandaag een boekje tegen dat ik niet in de OPC kon vinden. Titel: Oranjebundeltje van vaderlandsche liederen ter gelegenheid van het huwelijk van H.K.H prinses Juliana en Z.D.H Prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld. – Doetinchem : Misset. Heb je deze al?? Gr. Aad van Maanen
LikeLike