
Zo mag een scoutingsliedboekje eruit zien! Gebruikt, vuil. De klei kleeft nog aan de bladzijden. Liedbundels zijn gebruiksboekjes, geen pronkstukken. Dit exemplaar is duidelijk in een modderplas terecht gekomen, waarschijnlijk tijdens het zingen van het diepzinnige lied ‘Mijn hoed die heeft 4 deuken’.
Het is de Liederenbundel van Scoutinggroep EOS/St Hubertus uit Terneuzen, verschenen in 2004. Het is een van de leukste verenigingsliedboekjes die ik ken. Alles klopt eraan. Ik zal proberen dat uit te leggen.
Het boekje meet maar 11 bij 15 centimeter, zodat het heel makkelijk mee kan in een rugzak. Het heeft een praktisch ringbandje waardoor het ook open blijft liggen als je aardappelschilcorvee hebt. Doorzichtige plastic voor- en achterflapjes beschermen tegen de allerergste nattigheid. En er staan niet minder dan 61 liedjes en 45 yells in, dus je kunt er even mee vooruit.

Er zijn natuurlijk algemene zangbundels van de padvinderij, maar soms geven lokale groepen hun eigen liedboekjes uit. Niet overal zijn immers dezelfde liedjes populair. Bovendien is het zelf maken van zo’n boekje een aantrekkelijk groepsgebeuren. Het resultaat oogt dan misschien net niet helemaal professioneel, het plezier is er niet minder om.
Uit het zeer beknopte voorwoord van dit bundeltje blijkt dat heel wat leiders en scouts hebben meegewerkt aan het verzamelen en uittypen van de liedjes. Het eindproduct is een heerlijk allegaartje. Veel liedboekjes hebben een of andere indeling. Je krijgt bijvoorbeeld eerst een aantal godsdienstige gezangen, dan oude vaderlandse liederen en aan het eind nog wat bekende volksliedjes. Of ze beginnen met éénstemmige liedjes, daarna volgen de meerstemmige en tenslotte de canons. Maar deze bundel kent een indeling die ik zelden of nooit ergens anders ben tegengekomen. Ik citeer het voorwoord:
1- lange liedjes (op alfabetische volgorde)
2- korte liedjes (op alfabetische volgorde)
3- Yells. Van overal

Zit je de hele avond rond het kampvuur, dan kies je voor de lange liedjes. Moet de stemming er snel even ingebracht worden, dan heb je wat aan een kort lied. En stoom afblazen doen scouts met een flinke yell. Zo simpel is dat.


Het is de moeite waard om een flink stuk inhoudsopgave te laten zien. De liedjes komen werkelijk overal en nergens vandaan. En dankzij de alfabetische volgorde vinden we bijvoorbeeld achter elkaar het Wilhelmus (alle 15 coupletten; spatiëring en interlinie bleken nog niet zo eenvoudig), het gevoelige Yesterday van de Beatles en de gouwe ouwe padvindershit Zand zeep soda. (Mag die laatste tekst eigenlijk nog? In 2004 was het in elk geval geen probleem.)

Om het geheel nog mooier te maken zijn er volgens het voorwoord “Illustraties van her en der en oa. door leden zelf gemaakt!” aan toegevoegd. Zo staat er naast het Zeeuws-Vlaams Volkslied een keurige afbeelding van het provinciewapen van Zeeland. En laten we hopen dat Amerikaanse copyrightjagers dat plaatje van Fred Flintstone niet onder ogen hebben gekregen. Maar veel mooier nog zijn de tekeningen van de scouts zelf.

Philip maakte een hele treffende bij ‘Opzij, opzij, opzij’, Kees vereeuwigde de pinda langs de spoorwegbaan en naast het zeer geliefde nonsensliedje ‘De kop van de kat was jarig’ heeft kleine Sven een lapjeskat getekend. Prachtig!

Jan Bos, 15 april 2019. Blog 5
*** Ik schrijf af en toe een blog over liedboekjes uit mijn verzameling ***
Leuk om te lezen over de bijzondere samenstelling van het boekje. Maar of zo’n ringband nu zo handig is in een overvolle tas, betwijfel ik wel. 😉
LikeLike
Ik was altijd trots op het uitgebreide repertoire van liedjes die mama kende, ik zie nu dat ze gewoon een liedboekje van scouting uit haar hoofd heeft geleerd. 😄
LikeLike